1. Plafondmontageverbinding

Dit is een veelvoorkomende methode voor het installeren van apparaten of componenten aan plafonds. De ophanging van een plafondventilator omvat bijvoorbeeld een plafondplaat die op het plafond is geplaatst en een verbindingsbuis die daaraan is bevestigd. De onderkant van de verbindingsbuis is stevig verbonden met het bijbehorende apparaat aan de ophangkop van de bovenkap van de ventilator via borgschroeven. Sommige verbindingsbuizen hebben naar binnen gevouwen randen met schroefdraadgaten, die overeenkomen met bijbehorende gaten op de ophangkop voor schroefbevestiging. Een handigere variant omvat ophangkoppen met ten minste twee uitstekende half verzonken schroeven. De gevouwen randen van de verbindingsbuis hebben sleutelgaten (groot aan één uiteinde, klein aan het andere); de buis wordt gepositioneerd door de schroeven in de sleutelgaten te steken en te draaien om ze vast te zetten.

2. Chassisvergrendeling

Veelvoorkomende chassisvergrendelingsmethoden zijn onder meer gattrek-klinken, klinknagel-klinken en TOX-klinken.

• Gattrek-klinken: Eén onderdeel heeft een getrokken gat en het andere een verzonken gat. Ze vormen een niet-afneembare verbinding via een klinknagelmatrijs, die een hoge positioneringsnauwkeurigheid, sterke verbindingssterkte en snelle montagesnelheid biedt.
• Klinknagel-klinken: Gebruikt blindklinknagels om twee metalen platen aan elkaar te bevestigen.
• TOX-klinken: Een stempel drukt het werkstuk in een matrijs; verdere druk dwingt materiaal in de matrijs naar buiten uit te zetten, waardoor een gladde, braamvrije cirkelvormige verbinding ontstaat zonder de corrosiebestendigheid in gevaar te brengen.

3. Schroefvergrendeling

De meest gebruikte verbindingsmethode, waarbij componenten met schroeven worden vastgezet. Om de betrouwbaarheid te waarborgen en losraken te voorkomen:

• Gebruik zelfborgende moeren (bijv. nylon-inzetborgmoeren) die nylon-expansie gebruiken om tegendruk te genereren bij het aandraaien.
• Neem mechanische anti-losraakmaatregelen zoals splitpennen, veersluitringen of dubbele moeren.
• Volg specifieke aandraaiprocedures: Voor rechthoekige werkstukken, begin vanuit het midden en beweeg symmetrisch naar buiten; voor vierkante/cirkelvormige werkstukken, draai diagonaal aan. Installeer eerst alle schroeven en draai ze dan geleidelijk in stappen aan om structurele vervorming of slecht contact te voorkomen.